Inleiding
Het orgel in de oude kerk van de gemeente Giessendam / Neder-Hardinxveld is hard toe aan een restauratie. Deze oude dame is ‘geboren’ in 1875 bij de fa. Bätz & Co te Utrecht onder leiding van de heer J.F. Witte. Deze firma wordt gerekend tot de belangrijkste 19eeeuwse Nederlandse orgelmakerijen. Omdat wij trots zijn om dit orgel in onze kerk te hebben noemen we haar liefkozend “Mevrouw Witte”.
Hoewel het orgel geen monumentstatus heeft is het wel bekend bij de Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed. Sinds 1963 is er geen groot onderhoud meer uitgevoerd, wel regulier onderhoud. Ieder orgel behoeft eens in de 50 jaar groot onderhoud, zo ook ons orgel.
In 1963 zijn er een aantal Wittepijpen gewijzigd, wat de toonvastheid en het klankkarakter heeft beïnvloed. Ook zijn er toen nieuwe pijpen aan toegevoegd die qua klank duidelijk afwijken van het originele Wittepijpwerk. Bij de restauratie wordt gekeken wat de mogelijkheden zijn om dit zoveel mogelijk weer in originele staat terug te brengen.
Tijdens de restauratie willen we u op de hoogte houden d.m.v. de site www.hghg.nl/orgel
Hier zullen o.a. foto’s van de restauratie, een stukje geschiedenis van ons orgel, gemeentezang in vroegere tijden etc. geplaatst worden. Dus blijf de site bezoeken!
Mocht u iets willen bijdragen aan de restauratie (“operatie Mevrouw Witte”) dan kan dit via bankrekening NL46RABO0373719566 onder vermelding orgelrestauratie.
College van Kerkrentmeesters en Orgelcommissie “mevrouw Witte”.
Inhoud:
Leeftijd mevrouw Witte
Aantal pijpen
Benefietconcert tbv het orgel
Op D.V. 12 september 20.00 nodigt het gelegenheidskoor Vox Humana u uit voor een benefietconcert tbv de restauratie van ons orgel. Ze neemt u mee in een soort muzikale tijdreis; u hoort bekende en minder bekende melodieën die componisten door de eeuwen heen geschreven hebben. Naast geestelijke liederen ,worden er ook meer ludieke liederen gezongen. Tijdens dit concert wordt er Coronaproof gecollecteerd tbv de orgelrestauratie. Vanwege de coronamaatregelen is er een gering aantal plaatsen, daarom dient u voor dit concert te reserveren. U kunt tot 11 september reserveren op de website HGHG / kerkdiensten wijk zuid.
Video’s
De kerk in vroeger tijden
De voorzanger
In de kerkdiensten na de Hervormingstijd werden al spoedig voorlezers aangesteld om uit de bijbel te lezen vóórdat de dienst begon, terwijl de mensen in de kerk kwamen.
Deze voorlezer moest dan ook als voorzanger dienst doen. Het zingen geschiedde immers zonder orgel-begeleiding.
In Dordrecht, waar er elke dag kerkdienst werd gehouden en ’s zondags in elke kerk gemiddeld driemaal, was een voorzanger aangesteld om alle dagen de preek bij te wonen „en terstond na het klokke gelui de psalmen op te heffen en dat in de volgorde der psalmen en de pauzen en des zondags de grote en nieuwe kerk waarnemen”.
”s Mans salaris was f 36, — per jaar. De meeste dominees lieten rustig aan de voorzanger over, wat de gemeente zou zingen. Alleen op bid- en dankdagen, voor de Avondmaalsdiensten en de feestdagen koos de predikant psalmen in overeenstemming met de preek en de dag. Maar voor de andere diensten mocht de voorzanger het bepalen, die dan meestal de psalmen maar achter elkaar liet zingen, naar de nummering van 1 tot 150, zoals in Dordrecht dus zelfs was voorgeschreven.
Kwam dan de dominee „op stoel” dan zong men het vers uit en ging een volgend maal verder waar men was gebleven. Men zong dus als regel alleen aan het begin van de dienst. Het vergde van de voorzangers heel veel om in de grote kerken de gemeente mee te krijgen en te leiden.
Als regel vervulden de plaatselijke schoolmeesters de functie van voorlezer en voorzanger.
Van de „meester” werd trouwens nog wel wat meer gevergd. Meestal was hij ook koster, met al wat daar bij kwam.
Leest u maar eens onderstaande instructie voor de schoolmeester uit die tijd.
De man had nog al wat te doen, behalve ”t onderwijzen van de lieve jeugd.
Blijkens de laconieke slotregel van de instructie was dit alles heel gewoon.
Toch zullen onze onderwijzers wel niet terugverlangen naar die „goeie ouwe tijd” — hoewel, ”t kan nog best wezen, dat zo’n schoolmeester het lang niet zo druk had als wij in onze gejaagde tijd, van duizend dingen vervuld.
Ten eerste zal hij luien, de kerk sluiten en ontsluiten,
”t Kerkhof en kerk rein houden binnen en buiten.
De psalmen zal hij voor en na de predikatie zingen,
”t Water voor de doop zal hij aanbringen.
De profeten zal hij stichtelijk lezen,
de predikanten en kerkeraad gehoorzaam wezen.
Hij zal voor het avondmaal aanschaffen brood ende wijn.
Met tafelen, banken, kroezen, ”t geen dat nodig mag zijn.
En wanneer de predikanten ter kerke falen
Zal hij uitgaan om ze te halen(!)
De armenhusse zal hij wel bewaren.
Brengen ze voort als men aalmoeze zal vergaren.
Schrijven ”t gene dat de diakenen willen hebben getekend.
Geheim houden wat er in gedaan wordt en gerekend,
”t Uurwerk zal hij stellen ende opwinden.
Banken uit de weg brengen, de ladders opbinden.
”t Geboefte zal hij ter kerke uitjagen.
Ook bestellen dat de honden worden geslagen,
”t Boek bewaren, waar men de dooplingen in schrijve.
Vermanen ”t volk dat zij over de kerk niet lopen rijden.
De duiven en ook de schadelijke katuilen,
zal hij vangen, omdat zij de kerk maken vuile.
Hier zal zich de schoolmeester in tonen zeer vlietig,
ende in al deze te doen niet zijn verdrietig,
want dat is zijn ambt dat hem is opgeleid.
Geschiedenis van “ons” orgel
Voordat het orgel werd aangeschaft…
De eerste aanwinst in de kerk, na de overgang van kerkbestuur naar kerkvoogdij, was het orgel, dat in 1875 in gebruik werd genomen. Reeds voor de Hervormingen 1517, waren er in de belangrijkste kerken in Nederland orgels aangeschaft.
Rond 1869 werd aan de firma J.Bätz & Co een prijsopgave gevraagd voor een nieuw pijporgel. Op 13-01-1870 antwoord J.F. Witte dat de kosten minimaal ƒ 3500,– zouden bedragen. Daarmee werd het voorlopig stil aan het orgelfront. Al bleef de wens om de gemeentezang te bevorderen met een orgel wel bestaan…
Men vond het gebruik van een orgel niet altijd even stichtelijk.
Tijdens het concilie van Trente werd bepaald dat orgelspel in de kerk alleen de eredienst mag ondersteunen…
„De hele opzet van het zingen in muzikale modi dient er niet op gericht te zijn het oor een hol genoegen te verschaffen, maar moet zodanig zijn dat de woorden voor iedereen gemakkelijk te begrijpen zijn, zodat de luisteraars gaan verlangen naar hemelse harmonieën (…). Zij dienen ook al die muziek uit de kerk te verbannen die, in zang of in het orgelspel, zaken bevat die wellustig of onzuiver zijn.”
Hierin volgde het concilie de tendens om de kerkmuziek te versoberen, zodat de woorden meer tot hun recht zouden komen.
Stichtelijk…
De psalmen werden oorspronkelijk op hele en halve noten gezongen, vrij langzaam, achter een voorzanger aan, opgesierd met allerlei slingeringen naar eigen bevinding… Dit vond men stichtelijk!
Wanneer men noten lang aanhield, kon men langer nadenken over de betekenis van de woorden die men zong. Nu kan er verschil van mening zijn over vlug en langzaam zingen, maar het zingen waarbij de ene groep een regel eerder klaar is dan de andere is in elk geval weinig stichtelijk te noemen. Onze psalmen zijn niet getoonzet om als canon te zingen. In dergelijke gevallen kon alleen de aanschaf van een orgel uitkomst bieden. Wanneer dit op volle kracht speelde, werd de gemeentezang tenminste overstemd. Of iedereen er principieel achter kon staan was de vraag, maar praktisch was het in elk geval wel.
De kwaliteit van de gemeentezang werd zorgwekkend bevonden. De kerkenraad stelt in december 1873 voor om een zangvereniging op te richten om de gemeentezang te bevorderen. Hiervoor wordt in februari 1874 een serafine (klein huisorgeltje) aangeschaft. Twee onderwijzers, meester Busé en meester Steijnis, houden oefeningen in de kerk in koraalgezang van psalmen en evangelische liederen voor leden van 15 jaar en ouder. Zo volgt op zondagmiddag om 14.00 een korte gewone kerkdienst met daarna om 15.00 uur een koraalgezang. De capaciteit van dit kleine orgeltje was echter te klein voor de begeleiding van de gemeentezang bij vol bezette diensten.
Deze proef om de gemeentezang te bevorderen levert dus weinig resultaat op en de vraag naar een orgel blijft bestaan! Er gaan dan ook stemmen op om een pijporgel te kopen.
Voorbeeld van een oefening met de voorzanger
Besluit…
In 1874 worden alle mannelijke leden van 23 jaar en ouder (die een betaalde zitplaats in de kerk hebben) opgeroepen om te vergaderen over de aanschaf van een orgel. Bij stemming blijken 41 mannen voor en 17 tegen. Op 3 oktober 1874 laten de kerkvoogden zich opnieuw informeren door orgelbouwer Witte uit Utrecht. De kerkvoogden willen een orgel met ongeveer dezelfde capaciteit als het orgel van Werkendam, met handhaving van zoveel mogelijk zitplaatsen. J.F. Witte biedt een nieuw orgel aan voor ƒ 5900,– dat hij wil plaatsen hoog boven de galerij, bijna tegen het plafond. Dit voorstel wordt na enige discussie aanvaard. Besluit valt om het plaatsengeld te verhogen om zo het orgel te kunnen financieren. Dit stuit op veel weerstand. De kerkvoogden besluiten het orgel wel aan te schaffen, maar het de eerste 2 jaar niet te gebruiken. Hiermee wordt dan ƒ 200,– (is ca € 90,00) per jaar bespaard. Hoe komen ze op het idee… Dacht men als de gemeente tegen een zwijgend orgel aankeek er meer in de collectezak werd gedaan?
Er is verdeeldheid over de hele kwestie, zowel principieel als financieel…. er werd gesproken over verkwisting en overbodige weelde. Over de vormgeving van het front maakt J.F.Witte de volgende opmerking:
“Aangaande den uiterlijken vorm moet men zich natuurlijk getroosten dat het naar evenredigheid der geringe hoogte tamelijk breed van façade is, doch deze afmeting der kast is bepaald nodig om onder deze omstandigheden zulk een orgel te kunnen bevatten”.
In januari 1875 vindt de ondertekening van de “Conditiën en Voorwaarden” plaats. Het contract aangevuld met een bepaling over enkele verplichtingen van de opdrachtgever. De prijs bedraagt ƒ 5.900,00 (is ca € 2680,00), te betalen bij voltooiing van het orgel. J.F.Witte zal de kosten van de ornamentiek (versieringskunst) voor zijn rekening nemen. Voor rekening van de opdrachtgever zijn de kosten van de orgeltribune, het schilder- en verguldwerk en de verzekering tegen brandschade van de in de kerk aanwezige onderdelen. De vrijwillige bijdragen brachten in dit 1875 ca ƒ 322,50 ( ca € 146,00) op.
Maar men kreeg wel waar voor zijn geld. Het werd een orgel van “voortreffelijke constructie en soliditeit” De ingebruikname van het orgel vond plaats op 21 november 1875. De eerste organiste was Mevr. Busé, de vrouw van de voorzanger meester Busé. Zij kreeg hiervoor ƒ 125,– per jaar en orgeltrapper Arie van ’t Hoog kreeg ƒ 25,– per jaar.
Een verslag van de ingebruikname van het orgel werd in het muziektijdschrift ‘Caecilia’ vermeld d.d. 15-01-1876
Totstandkoming Witte-orgel
13-01-1870 | J.F. Witte informeert kerkvoogden over de prijs van een nieuw orgel. Deze prijs is uiteraard afhankelijk van de “locale bijzonderheden”, men moet minimaal rekening houden met ƒ 3.500,–. | |
Dec 1873 | De kerkenraad wenst, om tot verbetering van de gemeentezang te komen, een zangvereniging op te richten. | |
Febr. 1874 | Ten behoeve van de zangvereniging is een serafine (klein huisorgeltje) aangekocht. De capaciteit van dit instrument is te klein om bij volbezette diensten in te zetten voor de begeleiding van de gemeentezang. Er gaan stemmen op een pijporgel aan te schaffen. | |
04-09-1874 | Nieuwe contacten met Witte. Kerkvoogden wensen een orgel met ongeveer dezelfde capaciteit als dat in Werkendam, zonder daarvoor veel zitplaatsen op te offeren. | |
03-10-1874 | Witte stelt voor het orgel op een nieuw te bouwen tribune (boven de bestaande galerij) te plaatsen. Kosten, inclusief transport en orgelkas ƒ 5.900,–. Witte stuurt een (nog voor wijziging vatbare) tekening van het front mee. Over de vormgeving merkt hij op: “Aangaande den uiterlijken vorm moet men zich natuurlijk getroosten dat het naar evenredigheid der geringe hoogte tamelijk breed van façade is, doch deze afmeting der kast is bepaald nodig om onder deze omstandigheden zulk een orgel te kunnen bevatten”. Voor het front greep Witte naar tweenauw verwante ontwerpen, door zijn vader gerealiseerde gerealiseerd in twee Utrechtse kerken.
Om voldoende kastbreedte te creëren voegde Witte zijvelden toe. |
|
24-10-1874 | Op een vergadering van (mans)gemeenteleden van 23 jaar en ouder met een zitplaats wordt met 41 stemmen voor en 17 tegen het besluit tot aanschaf van een kerkorgel goedgekeurd.
Om e.e.a. te financieren moeten de plaatsengelden worden verhoogd, dit voorstel wordt ruimschoots weggestemd. De kerkvoogden stellen daarom voor om het orgel wel aan te schaffen, maar de eerste jaren niet te bespelen. Hiermee wordt dan ƒ 200,– per jaar bespaard. |
|
12-11-1874 | Nader overleg met Witte over de plaats van het orgel. Gezien de akoestiek van het kerkgebouw acht Witte de door hem voorgestelde situering beter dan plaatsing op de galerij. Kerkvoogden accepteren het voorstel-Witte. Witte zal de kosten van de ornamentiek (versieringskunst) voor zijn rekening nemen. | |
Jan. 1875 | Ondertekening “Conditien en Voorwaarden” (model nr.3, aangevuld met een bepaling over enkele verplichtingen van de opdrachtgever).
Dispositie en enkele technische gegevens: Prijs ƒ 5.900,–, te betalen bij voltooiing van het orgel. Voor rekening van de opdrachtgever zijn de kosten van de orgeltribune, het schilder- en verguldwerk en de verzekering tegen brandschade van de in de kerk aanwezige onderdelen. Orgelbouwer Witte stond in zijn tijd goed bekend en bouwde “vele orgels van voortreffelijke constructie en soliditeit. Vrijwillige bijdragen brachten in dit jaar ƒ322,50 op. |
|
21-11-1875
Het boek ‘Van geslachte tot geslacht” geeft als datum 31-12-1875 |
Ingebruikneming van het orgel met een rede door ds. G.J. van Spall op 2 Cor. 13:11 “Voorts broeders, zijt blijde” waarna hij psalm 150:1, 2 en 3 liet zingen. Organist J.B. Litzau van de Evangelisch Lutherse kerk te Rotterdam begeleidt ’s middags de gemeentezand en geeft ’s avonds een “heerlijke orgelbespeling” (uitgevoerd worden onder meer Canzona van J.S. Bach, Sonate no. 11 van F. Mendelssohn en avondlied van R. Schumann).
“De heer Witte heeft eer van zijn werk: de verschillende registers, vooral die van het 2e klavier zijn uitmuntend gekarakteriseerd, week en lieflijk van toon; die van het 1e klavier zijn sterk en rond; het gehele orgel, (……), is zeer solide in al zijn deelen”. Caecilia geeft de oorspronkelijke dispositie |
|
Totale kosten orgel:
· Firma J. Bätz & Co · Orgeltribune · Overige kosten |
ƒ 5.900,–
ƒ 770,83 ƒ 468,35 ƒ 7.139,18 |
|
Het orgel wordt gefinancierd met een geldlening van ƒ 6.900,– (coupures van ƒ 100,- rente 4%). Gemeenteleden wijzen een voorstek van kerkvoogden, de rente te betalen uit verhoging van de zitplaatsgelden, met een overweldigende meerderheid af. Een gedrukt “Plan van aflossing en rentebetaling” bleef bewaard in het kerkvoogdijarchief. | ||
De eerste organist werd mevrouw Busé, (leerling van dhr. Litzou) zij kreeg hiervoor ƒ 125,– per jaar en orgeltrapper Arie van ’t Hoog kreeg ƒ 25,– per jaar. |
Onderhoud vanaf 1876
1876 t/m 1888 | Onderhoud door de firma J. Bätz & Co. | |
1889 | Kerkvoogden dragen het onderhoud op aan J.J. van den Bijlaardt voor ƒ 25,– per jaar. Witte is teleurgesteld, hij vreest dat op den duur de gevolgen van een minder zorgvuldige behandeling niet zullen uitblijven. | |
29-03-1893 | Van den Bijlaardt meldt dat het koperdraad “afknapt als glas”. | |
19-03-1894 | Kerkvoogden vragen Witte advies over het koperdraadwerk. Witte stelt algehele vernieuwing voor. | |
15-05-1894 | Uitgebreid voorstel Witte naar aanleiding van onderzoek orgel:
· Vervanging abstractdraden, tongwerkkrukken en pedaalveren, opknappen stevelbanden Trompet · Vervanging koperdraad klaviatuur en pulpeetdraden (nu niet urgent, waarschijnlijk wel over enige jaren) · Stemming en revisie · Algehele schoonmaak, exclusief vernissen frontpijpen Bij gelijktijdige uitvoering wordt het bedrag ƒ 770,– |
ƒ 210,00
ƒ 100,– ƒ 30,– ƒ 460,– |
04-06-1894 | Offerte van den Bijlaardt:
· Vervanging koperdraad · Stemming en revisie · Algehele schoonmaak, inclusief revisie frontpijpen en stevelbanden Trompet · Vervanging pulpeetdraden · Vervanging houten winkelhaken met koperen oogjes door koperen winkelhaken met beleerde gaten Totale kosten ƒ 365,– |
ƒ 160,00
ƒ 25,– ƒ 110,– ƒ 20,– ƒ 50,– |
Kerkvoogden spelen jegens Witte open kaart, zij kiezen voor de goedkoopste offerte. Witte betreurt dit besluit. Hij spreekt “zijn welgemeende dank uit voor de door U betoonde belangstelling en de openhartige wijze waarop U deze zaak behandeld hebt”. | ||
1916 | Reparatie af ƒ 25,– door Van den Bijlaardt: vergulden labia ƒ 9,25. | |
1919 | Reparatie af ƒ 25,– door Van den Bijlaardt. | |
1920 t/m 1945 | Over het onderhoud in deze periode zijn geen gegevens bekend. | |
1946 | H. Vermeulen heeft het orgel in onderhoud. Reparatie magazijnbalg. | |
1955 | Restauratie door H. Vermeulen:
· Algehele schoonmaak en revisie; · Het op lengte afgesneden pijpwerk wordt voorzien van stemringen; · Restauratie houten pijpen; · Vervanging pedaalveren door veren van fosforbrons; · Intonatie en stemming. |
|
1962-1963 | K.B. Blank& Zn, Utrecht, verplaatst het orgel naar een nieuwe balustrade boven de preekstoel. Tevens worden de volgende werkzaamheden uitgevoerd:
· Restauratie windladen (onder meer verwijdering sponsels, “in plaats daarvan zullen de laden met eerste klas watervast, krimp- en trekvrij verlijmd mahonieplaat worden belijmd”. Slepen en dammen worden in verband met het aanbrengen van telescoophulzen gewijzigd); · Verwijdering van de in 1955 aangebrachte stemringen. Het op lengte afgesneden pijpwerk van de Prestant 8 voet, Octaaf 4 voet, Quint 3 voet en Octaaf 2 voet wordt een halve toon opgeschoven. De overlengte van het overblazende pijpwerk (Fluit travers 8 voet, Quint 3 voet, Octaaf 2 voet en Mixtuur) wordt geëlimineerd; · Revisie tractuur, waaronder vervanging koperdraad; · Vervanging pedaalklavier door een klavier in moderne trant; · nieuwe orgelbank. · Wijziging windvoorziening (aanbrengen regulateurs). Bij deze ingreep is de balanstrapinstallatie vervangen door schepbalgen en inbouw van regulateurbalgen. · Wijziging dispositie – toevoeging van een hoogste koor aan de Mixtuur; – toevoeging op manuaal II (op kantsleep) van een Sesquialter 2 sterk (C: 1⅓; c: 2⅔ 1⅗ ); · Uitbreiding met een vrij pedaal, opgesteld in een aparte kast achter het orgel; · Aanbrengen pedaalkoppels naar de manualen I en II De 4-voets fluiten van de manualen I en II zijn waarschijnlijk bij deze restauratie verwisseld. |
|
Het orgel is in onderhoud bij F. Chr. De Vries | ||
Het orgel is in onderhoud bij J. Hooghwerff |
Wie was orgelbouwer J.F. Witte
Wie is J.F. Witte
Orgelbouwer Witte stond in zijn tijd goed bekend en bouwde “vele orgels van voortreffelijke constructie en soliditeit. Als we het “naamkaartje” op het orgel goed lezen zien we 2 namen: J.F. Witte en Firma J, Bätz & Co. Het orgel wordt dan ook wel een Bätz-Witte orgel genoemd. Hoe zit dat nu precies. De oorsprong van de orgelmakers Witte ligt bij Johann Bätz.
Johann Bätz werd in circa 1709 geboren in Frankenroda (Duitsland). Tot 1733 was hij in de leer bij de Duitse orgelbouwer Johann Christoph Thielmann uit Gotha. Daarna vertrok hij naar Nederland en ging werken bij de orgelbouwer Christian Müller. Hij assisteerde Müller bij de bouw van het hoofdorgel van de Grote of Sint-Bavokerk in Haarlem. In 1739 vestigde Johann Bätz zich als zelfstandig orgelbouwer in Utrecht, waar hij zestien orgels bouwde, die door hun omvang en klank alom bewondering van tijdgenoten oogstten. Bätz stierf in 1770.
Het bedrijf werd voortgezet door zijn nakomelingen, vijf leden van zijn familie hebben het geleid tot 1849. Zijn zoon Gideon Bätz (1751-1820) kreeg de leiding in 1772 van het bedrijf en Gideons broer, Christoffel Bätz (1755-1800), ging als zelfstandig orgelbouwer verder.
De zonen van Christoffel Batz, zijnde Jonathan Bätz (1787-1849) en Johan Martin Willem Bätz (1789-1836) werden na het overlijden van hun moeder opgevoed door hun oom, Gideon Bätz en diens vrouw Sara Schuurman. Na de dood van Gideon Bätz in 1820 namen zij de leiding van het bedrijf over. In 1826 kwam Christian Gottlieb Friedrich Witte uit Hannover als meesterknecht in dienst bij de firma Gebroeders Bätz. In 1831 ging Johan Martin Willem Bätz zijn eigen weg en werd pianomaker. In 1833 werd Christian Gottlieb Friedrich Witte medevennoot van Jonathan Bätz en noemde de firma zich J. Bätz & Co.
Na de dood van Jonathan Bätz in 1849 werd het bedrijf voortgezet door Christian Gottlieb Friedrich Witte. Hij doopte de firma Bätz & Co om in Bätz-Witte, In 1869 kwam zijn zoon Johan Frederik Witte in dienst bij het bedrijf van zijn vader. Na het overlijden van zijn vader in 1873 zette Johan Frederik Witte het bedrijf voort. Met zijn overlijden in 1902 kwam in 1903 een einde aan het orgelmakershuis Bätz. Het bedrijf Bätz-Witte werd na 1903 voortgezet door Johan de Koff (1863-1950) tot dan meesterknecht bij orgelbouwer Bätz-Witte, onder eigen naam “J. de Koff”
Het werk van Johan Frederik Witte werd tijdens zijn leven hoog gewaardeerd, maar viel met name in de jaren 60 tijdens de periode van de neobarok veelal in ongenade. De laatste decennia laten echter een herwaardering zien, als zijn werk in relatie met zijn tijd wordt geplaatst. Alle vijf bovengenoemde orgelbouwers hadden een voortreffelijke reputatie. Het bedrijf had de positie van marktleider in grote delen van Midden-Nederland.
Tijdlijn
1709 – Johann Heinrich Hartman Bätz wordt geboren in Frankenroda (Duitsland). Tot 1733 was hij
in de leer bij de Duitse orgelbouwer Johann Christoph Thielemann uit Gotha
1733 – Johann Bätz komt naar Nederland en gaat werken bij de orgelbouwer Christian Müller
1739 – Johann Bätz vestigt zich als zelfstandig orgelbouwer in Utrecht
1770 – Johann Bätz overlijdt. Het bedrijf wordt voortgezet door 2 zoons;
- Gideon Bätz (1751-1820)
- Christoffel Bätz (1755-1800)
1772 – Gideon Bätz krijgt de leiding over het bedrijf
1778 – Christoffel Bätz als zelfstandig orgelbouwer verder, maar blijft wel samenwerken met zijn broer Gideon. Hij krijgt 2 zoons;
- Jonathan Bätz (1787-1849)
- Johan Martin Willem Bätz (1789-1836) beide zonen van Christoffel Batz werden opgevoed door hun oom, Gideon Bätz en diens vrouw Sara Schuurman.
1778– Gideon Bätz overlijdt. De zonen van Christoffel Bätz nemen het bedrijf over.
1826 – Christian Gottlieb Friedrich Witte uit Hannover komt als meesterknecht in dienst bij de firma
Gebroeders Bätz.
1831 – Johan Martin Willem Bätz gaat zijn eigen weg en werd pianomaker.
1833 – Christian Gottlieb Friedrich Witte wordt medevennoot van Jonathan Bätz en noemde de
firma zich J. Bätz & Co.
1849 – Jonathan Bätz overlijdt en het wordt bedrijf voortgezet door Christian Gottlieb Friedrich
Witte
1869 – zoon Johan Frederik Witte komt in dienst bij het bedrijf van zijn vader.
1873 – Christian Gottlieb Friedrich Witte overlijdt en zoon Johan Frederik Witte zet het bedrijf voort.
Deze J.F. Witte heeft ‘ons’ orgel van de oude Kerk gebouwd!!
1902 – Johan Frederik Witte overlijdt en zo kwam in 1903 een einde aan het orgelbouwers huis Bätz.
Het bedrijf Bätz-Witte werd na 1903 voortgezet door Johan de Koff (1863-1950) tot dan meesterknecht bij orgelbouwer Bätz-Witte, onder eigen naam “J. de Koff”
Dispositie van het orgel:
Dispositie | ||||||
Hoofdwerk (HW) opstelling in C- en Cis-kant; Manuaal I; C-f’’’) | ||||||
10 stemmen | ||||||
Bourdon 16 Vt | C-h eiken; vervolg metaal. C-d afgevoerd tussen de manuaal-windlade, dwars op het front; dis-h afgevoerd op windlade HW. | |||||
Prestant 8 Vt | C-f in het front, tin; vervolg op de lade metaal. | |||||
Roerfluit 8 Vt | C-H eiken, gedekt; vervolg metaal, roergedekt. | |||||
Fluit travers 8 Vt | C-H gecombineerd met Roerfluit 8’; g’’-f’’’ oorspronkelijk overblazend. | |||||
Octaaf 4 Vt | Metaal. | |||||
Fluit 4 Vt | Metaal; C-h roergedekt; vervolg open, conisch. | |||||
Quint 3 Vt | Metaal; f’-f’’’ oorspronkelijk overblazend | |||||
Octaaf 2 Vt | Metaal; c’-f’’’ oorspronkelijk overblazend | |||||
Mixtuur IV 2-3 St
(1963 gewijzigd)) |
Metaal; oorspronkelijk 2-3 sterk; samenstelling (koor tussen [ ] 1963): | |||||
C | Fis | fis | fis1 | |||
1⅓ | 2 | 2⅔ | 4 | |||
1 | 1⅓ | 2 | 2⅔ | |||
[2/3] | 1 | 1⅓ | 2 | |||
[2/3] | [1] | [1⅓] | ||||
Trompet 8 Vt Bas/Dict | Stevels (niet gekulpt) en bekers metaal, koppen lood, kelen en tongen messing, messing band om bovenzijden strevels; bekers C-D gekropt. | |||||
Nevenwerk (NW) opstelling chromatisch; Manuaal II; C-f’’’ | ||||||
7 stemmen | ||||||
Salicet 8 Vt | Cis-c in het front, tin; C (afgevoerd) en cis-f’’’ metaal | |||||
Holfluit 8 Vt | C-H eiken, gedekt; vervolg metaal, gedekt | |||||
Viola 8 Vt | C-H gecombineerd met Holfluit 8’; vervolg tin | |||||
Violini 4 Vt | tin | |||||
Fluit 4 Vt | Metaal; C-h roergedekt; vervolg open, conisch | |||||
Gemshoorn 2 Vt | Metaal; open, conisch | |||||
Sesquialter 2 St | Is 1-2 sterk; 1963; C 1 1/3; c’2 2/3 – 1 3/5 | |||||
C | C1 | |||||
1⅓ | 2⅔ | |||||
1⅗ | ||||||
Tremelo | 1963; pneumatisch | |||||
Pedaal (Ped; C-d’) alle pijpwerk 1963 | ||||||
4 stemmen | ||||||
Subbas 16’ | Hout | |||||
Octaaf 8’ | Metaal | |||||
Koraalbas 4’ | Metaal | |||||
Fagot 16’ | Stevels en koppen metaal; bekers koper (grootste pijpen met extra onderbekers | |||||
Koppels | ||||||
Koppel (manuaalkoppel)(1875) | ||||||
Koppel Manuaal I – Pedaal (1963) | ||||||
Koppel Manuaal II – Pedaal (1963) | ||||||
Stemtoonhoogte | ||||||
a1= 440 Hz | ||||||
Temperatuur | ||||||
Evenredig zwevend | ||||||
Winddruk | ||||||
Hoofdwerk en Pedaal | 75 mm | |||||
Nevenwerk | 72 mm | |||||
Windvoorziening | ||||||
Magazijnbalg | 1875 | |||||
Regulateurs | 1963 | |||||
Plaats klaviatuur | ||||||
Rechterzijde | ||||||
Pijpwerk | ||||||
Afkomstig uit 1875 tenzij anders aangegeven | ||||||
De Restauratie
Van plan tot opdracht
In 2015 is er voor het eerst binnen het College van Kerkrentmeester (CvK) gesproken over restauratie van “ons” Bätz-Witte orgel. Begin 2018 heeft het CvK de orgelrestauratie daadwerkelijk op de agenda gezet.
Maar hoe pak je zoiets aan?
Het CvK heeft daarom een orgelcommissie benoemd om dit proces op te starten en te begeleiden. Deze orgelcommissie heeft de Commissie Orgelzaken van de Vereniging voor KerkrentmeesterBeheer gevraagd om een beknopte inspectie uit te voeren om zo te kijken wat de staat van het orgel op dat moment was. Deze inspectie op 18 mei 2018, is uitgevoerd door orgeladviseur Peter van Dijk uit Utrecht. Uit deze inspectie bleek dat we het orgel goed onderhouden hadden sinds de laatste restauratie in 1963 maar dat er wel onderhoud gepland moest gaan worden.
Vervolgens is door dezelfde adviseur ook een uitgebreide inspectie uitgevoerd op 27 september 2018 om de exacte werkzaamheden in beeld te krijgen die noodzakelijk en wenselijk zijn voor het orgel. De resultaten van deze inspectie zijn verwoord in het herstelplan met een bijbehorende kostenindicatie. Het CvK heeft begin 2019 besloten om bij drie partijen een offerte op te vragen voor alle benoemde werkzaamheden in het herstelplan. Deze offertes zijn in juni 2019 ontvangen en beoordeeld op prijs, kwaliteit en toezeggingen. In september heeft de orgelcommissie het CvK gevraagd om de onderhandelingen met Consultare te mogen opstarten. Deze gesprekken hebben geleidt tot de opdrachtverlening aan Consultare. In de gesprekken zijn we gekomen tot een optimale restauratie voor het orgel, waarin ook (deels) de wensen van de organisten zijn meegenomen. Consulare is geen onbekende voor ons omdat eigenaar Jaap Hooghwerff al weer geruime tijd het reguliere onderhoud doet aan onze beide kerkorgels.
Wat gaan we allemaal doen:
Orgelkast (exterieur en interieur):
- Herstel van krimpscheuren en beschadigingen.
- Het vervangen van hang- en sluitwerk.
- Schoonmaak van het orgelexterieur en –interieur na demontage van het binnenwerk.
Klaviatuur:
- Schoonmaken van de manuaaltoetsen en vervangen van uitgesleten en/of beschadigd beleg van de manuaal-ondertoetsen, alsmede waar nodig ‘bijkleuren’.
- Zijwaartse speling manuaaltoetsen corrigeren. Indien nodig -dit blijkt pas na demontage- stootvilt en -kussens vernieuwen.
- Pedaaltoetsen: zijwaartse speling verhelpen, polstering en stootkussentjes vernieuwen.
- Bakstukken herstellen en samen met klavieromlijsting opnieuw politoeren.
- Registerplaatjes uit 1963 vervangen door nieuwe, in stijl van Witte. Registerknoppen opnieuw politoeren.
Windvoorziening:
- Herstel van de windkanalisatie, herbelering van de balgen (magazijnbalg en schepbalgen).
- Eventueel completeren en weer in functie stellen -naast de mogelijkheid voor motorwind- van de voetbediening.
Windladen:
- Manuaalwindladen: als de toestand van de dekplaten op de manuaalwindladen goed is, deze uitlijmen; leer pulpeten en ventielen vernieuwen. Telescoophulzen verwijderen en pijpstokken herstellen, liegelind ringen aanbrengen, dammen aanpassen.
- Pedaalwindlade: herstel pulpeten waar nodig. Telescoophulzen vervangen door liegelind ringen, inclusief aanpassen van de dammen.
Mechanieken (tracturen):
- Herstel waar nodig van de toets- en registermechanieken, met inbegrip van het aanpassen van de aangrijppunten met de slepen, vernieuwing van alle leermoertjes, vernieuwing in Witte-stijl van alle invoeringen in de manuaal-toetsmechanieken, idem van de abstracten.
Pijpwerk en klank:
- Schoonmaak en waar nodig herstel van het metalen pijpwerk, inclusief de frontpijpen en de trompet 8′ (tevens de koppen afborstelen en verdwenen messing banden ‘aanvullen’). Herstel van het houten pijpwerk, waar nodig hoedafdichtingen vernieuwen (manuaal) of herstellen (pedaal). Hoedafdichtingen van het gedekte metalen pijpwerk controleren en waar nodig vernieuwen.
- Verwijderen van het hoogste koor (1963) van de Mixtuur en afplakken van de stokgaten daarvan.
- Nalopen van de intonatie van het Witte-pijpwerk, uitgaande van een in overleg vast te stellen winddruk.
- Herintonatie van het pedaalpijpwerk om het qua klank beter te laten aansluiten bij het Witte-materiaal.
- Generale stemming (in kwinten en kwarten gelegde, in octaven gecontroleerde, evenredig zwevende temperatuur).
- Herstel van de dubbele lengte van ca. 160 piipen (zie boven) en ongedaan maken van de opschuiving van de prestanten 8′, 4, 3′, 2′, (verlengen van 48 pijpen en 4 nieuwe), inclusief intonatie.
- Realisatie Dulciaan 8’’ op Manual II (mits voldoende ruimte in kast).
- Realisatie Cornet 5 sterk.
Bijkomende werkzaamheden:
- De regulateurbalg voor het pedaal zo nodig herstellen en/of qua aanleg wijzigen.
- Corrigeren van de boorgaten in de dekplaten, indien nodig.
- Herstel van door tinpest aangetast pijpwerk.
- Frontpijpen voorzien van nieuw bladgoud.
- Realisatie van nieuwe LED-verlichting en aan- en uitknop.
- Controle windmotor
Overige werkzaamheden:
- Schilderen van orgelkast
- Schilderen en sausen wanden.
- Schrootjes plafond vervangen door wit plafond.
- Vervanging van vloerbedekking.
- Nieuwe kast voor o.a. muziek.
- Stof op windladen en beschadigde trompetbekers
- Verstofte orgelpijpen (slecht voor de pijpaanspraak en stemming)
- Beschadigd en uitgesleten toetsbeleg
- Vervangen registerplaatjes uit 1963
- Verdroogde en daardoor lekkende pulpeetzakjes
- Ooit herstelde en thans uitgedroogde belering van de blaasbalg
Planning
2019
- Medio december plaatsen van tijdelijk orgel
2020
-
- Januari: demonteren orgel en vervoeren naar werkplaats
- Februari / maart:
- Restaureren blaas- en schepbalgen;
- Aanpassen en windladen
- Verwijderen frontpijpen en schilderen orgelfront in de oorspronkelijke kleuren vanuit 1875
- April / mei:
- Restaureren frontpijpen en alle overige pijpen;
- Terugplaatsen frontpijpen
- Restaureren mechanieken
- Juni:
- Terugplaatsen van 1e gerestaureerde onderdelen
- Restauratie speeltafel
- Vervangen van plafond orgelgalerij
- Juli t/m september:
- Terugplaatsen van alle onderdelen
- November: terugplaatsen en intoneren orgel
- November/December: ingebruikname orgel
Financieel paragraaf
De totale restauratiekosten zijn begroot op € 130.000,–, hiervan is al € 60.000,– gereserveerd door het College van Kerkrentmeesters. Het resterende bedrag is verkregen vanuit onderstaande middelen:
- Aanschrijven Fondsen;
- Aanschrijven bedrijven uit eigen gemeente en aan gemeente gerelateerde bedrijven;
- Plaatselijke comités;
- Adoptie van onderdelen van het orgel;
- Giften van gemeenteleden en derden;
- Collecten;
- Opzetten van acties: o.a. speculaasactie;
Mocht u nog willen bijdragen aan de restauratie dan kan dit nog altijd via bankrekening NL46RABO0373719566 onder vermelding orgelrestauratie.
Adoptie
Zoals hierboven benoemd is willen we onderdelen van het orgel ter adoptie aanbieden. Een ieder die het orgel een warm hart toedraagt kan door middel van een financiële bijdrage een deel adopteren. Als blijkt van waardering zal een bijbehorend certificaat worden overhandigd. Uiteraard blijven de geadopteerde orgelonderdelen wel eigendom van de kerkelijke gemeente. Welke delen kunnen geadopteerd worden?
- Het orgel heeft 35 frontpijpen met elk een eigen naam. Het is mogelijk om 1 of meer frontpijpen de adopteren à € 250,– per stuk;
- De huidige orgelbank zal vervangen worden door een nieuw exemplaar in de stijl van Witte
- Verder zullen er 2 nieuwe orgelstemmen worden gerealiseerd:
- Cornet 5 sterk
- Dulciaan
Reeds geadopteerd/geschonken:
- Orgelbank
- Cornet
- Dulciaan
- 25 van de 35 frontpijpen
Acties
Door de orgelcommissies zullen ook een aantal acties worden georganiseerd. Acties waaraan we denken zijn:
-
- Verkoop speculaaspoppen 2019: deze actie is reeds afgelopen. We hebben in totaal 450 heerlijke speculaaspoppen verkocht.
- Het geplande ziekenbezoek bij de orgelbouwer alsmede de salade-actie kunnen als gevolg van maatregelen rondom het coronavirus geen doorgang vinden. Mogelijk dat we de salade-actie nog op een later moment kunnen organiseren. Doordat de werkzaamheden wel doorgaan zal een bezoek aan de werkplaats niet meer mogelijk zijn maar uiteraard bent u welkom als de orgelbouwer in de kerk aan het werk is.
Nieuwsberichten
7e kerkbodebericht:
Hoe ver is mevrouw Witte in haar revalidatie-traject…
We kunnen melden dat het revalideren voorspoedig verloopt. Mevr. Witte maakt het goed!
De restauratie verloopt volgens plan! Binnenkort zal er een begin worden gemaakt met het terugplaatsen van de eerste onderdelen; de windladen, magazijnbalg en schepbalgen. Daarna volgt al het pijpwerk en zal er gestart worden met het intoneren van alle registers. Dan zal blijken of Mevr. Witte weer voldoende longinhoud heeft en weer haar heldere en zuivere stem kan laten horen.
Ze zal verrast zijn dat haar thuisfront een behoorlijke opknapbeurt heeft ondergaan. Het bruine schrootjes plafond van de orgelgalerij is vervangen door een strak, wit plafond met nieuwe dimbare spots. Verder zal er voor haar nog een nieuw tapijt gelegd worden…
Ook zal ze blij zijn voortaan gezelschap te hebben van het videoteam dat definitief naast het orgel gestationeerd is. Een stukje mantelzorg op haar leeftijd zullen we maar zeggen.
Het benodigde bedrag voor de restauratie is intussen ontvangen. Als CvK en orgelcommissie zijn we daar erg blij en dankbaar voor! Dank zij uw vrijgevigheid en betrokkenheid is de restauratie volledig mogelijk gemaakt.
Het muziekgezelschap Vox Humana, bestaande uit o.a. een aantal leden van onze gemeente, wil op 12 september een uitvoering geven. Zij willen de opbrengst bestemmen voor de orgelrestauratie (denk aan kosten voor de ingebruikname, uit brengen van een ‘glossy’ e.d. of toekomstig onderhoudspotje) In verband met de geldende coronamaatregelen zijn we nog aan het afstemmen wat wel en niet kan. We houden u hiervan op de hoogte. Als voorproefje heeft Vox Humana wat stukken opgenomen welke te beluisteren zijn via kanaal 1 van HGHG en ook via link op hghg.nl/orgel.
Het College van Kerkrentmeesters en de orgelcommissie.
6e kerkbodebericht:
Update mevrouw Witte.
Het is alweer ruim 2 maanden geleden dat er bericht kwam over mevr. Witte. In die tussentijd is er veel gepasseerd. Door alle maatregelen rond het coronavirus viel de aandacht een beetje weg, maar de restauratiewerkzaamheden gaan gestaag door. We kunnen u melden dat het goed gaat met Mevr. Witte!
De 3 frontpijpen (die grote pijpen die het gezicht zijn van ons orgel) zijn in week 11 verwijderd en werd er gestart met het schilderen van het orgelfront. Hiervoor werd een steiger opgebouwd op de banken van het middenschip om zo overal goed bij te kunnen. (zie voor foto’s op de site hghg/orgel.nl) Omdat de ‘normale’ erediensten kwamen te vervallen kon de steiger langer blijven staan en is het schilderwerk in 2 weken voltooid. Mevr. Witte heeft een nieuwe frisse kleur gekregen, waarmee ze haar naam de volle eer geeft…
In de werkplaats bij de orgelbouwer worden de frontpijpen gepolijst en voorzien van nieuw bladgoud. De windladen en balgen zijn reeds gerestaureerd. Komende weken worden ook de mechanieken en speeltafel onder handen genomen. Het is de planning dat begin juni de eerste onderdelen weer terug geplaatst gaan worden. Tot op heden gaat de ‘operatie’ dus voorspoedig.
Helaas zal het geplande ‘ziekenbezoek’ in mei voor belangstellenden niet doorgaan. Om toch wat beelden van de restauratie op de locatie te laten zien zal het videoteam op pad gaan. Hierover t.z.t. meer.
Heel blij en dankbaar zijn het CvK en de orgelcommissie voor het grote bedrag dat al ontvangen is, ca 95% van het benodigde bedrag!! Wilt u nog een financiële bijdrage leveren (een gift of adoptie van een frontpijp) dan is dat nog steeds mogelijk.
Voor meer informatie zie website: www.hghg.nl/orgel of www.hghg.nl onder kopje actueel.
Het CvK en de orgelcommissie.
5e kerkbodebericht:
In het ziekenhuis…
Wanneer u dit leest is mevr. Witte al een aantal weken in het ziekenhuis. Het was een hele toer om haar van de galerij af te krijgen. Er moest zelfs een verhuislift aan te pas komen.
Intussen heeft de ‘kleine neef’ van mevr. Witte (Domus vivace) zijn plek ingenomen op de orgelgalerij. Het is nog wel een beetje wennen, maar hij doet zijn uiterste best en laat zich intussen al van ‘zijn beste kant’ horen. Gelukkig zijn er wat ‘deskundigen’ binnen de gemeente die het geluid kunnen bewerken en bijstellen.
De orgelkast is nu bijna volledig leeg en men is al begonnen met het opknappen. Half maart zal het orgelfront geschilderd gaan worden. Het front krijgt een nieuwe frisse kleur, crème-wit! Samen met de schilder is gekeken en gezocht naar de oorspronkelijke kleur. Deze kleur was terug te vinden op de deurtjes van de orgelkast en heeft de schilder kunnen achterhalen. Voordat het schilderwerk begint zullen nu ook de grote frontpijpen verwijderd worden.
In de werkplaats van de orgelbouwer is het opknappen van de eerste onderdelen gestart. De windladen worden herstelt en de longen (de blaas- en schepbalgen) liggen bij de ‘chirurg’ waar nieuw schapenleer geplakt wordt.
De orgelcommissie en de organisten zijn intussen op pad geweest om diverse originele stemmen (Cornet en Dulciaan) van andere ‘Witte’ orgels te beluisteren. Ze zijn naar Gorinchem, Zoutelande en Geervliet geweest en kwamen erg enthousiast terug!
Heel blij en dankbaar zijn het CvK en de orgelcommissie voor het flinke bedrag dat al is binnen gekomen, ca 85% van het benodigde bedrag!! Er zijn al 19 van de 35 frontpijpen geadopteerd, als ook de Cornet, Dulciaan en de orgelbank.
Tot op heden gaat de operatie dus voorspoedig en wordt langzaam weer naar ‘herstel’ toegewerkt. Als haar situatie het toelaat zal er medio mei door gemeenteleden een ‘ziekenbezoek’ gebracht kunnen worden aan mevr. Witte in het ziekenhuis. Hier wordt u later over geïnformeerd.
Voor verdere informatie over de restauratie verwijzen we u naar www.hghg.nl/orgel of www.hghg.nl onder kopje actueel.
Er wordt momenteel gewerkt aan een nieuwsbrief over de restauratie. Wilt u deze ontvangen dan kunt u zich hiervoor aanmelden via: orgel@hghg.nl
Wilt u nog een financiële bijdrage leveren dan kan dat op NL46RABO0373719566 o.v.v. orgel.
Het CvK en de orgelcommissie.
20 december 2019: 4e kerkbodebericht:
Verrast door zoveel warmte en gezelligheid
De belangstelling was groot tijdens de winterfair! Velen van u brachten een bezoekje aan “onze oude dame”. Ieder kon zijn vragen stellen aan de orgelcommissie of orgelbouwer Jaap Hooghwerff. Mooi dat er zoveel aandacht en enthousiasme is voor de komende restauratie.
De ‘orgelpijpen met spijs’ werden gretig gekocht. Ook de mooie chocolade tegels met afbeelding van Mevr. Witte deden het goed. Mocht u het gemist hebben; de chocolade tegels zijn nog te koop op het kerkelijk bureau!
Deze week is het tijdelijke orgel, beschikbaar gesteld door Consultare, naar boven gebracht en zal ingeregeld worden om de gemeentezang te kunnen begeleiden. Daarna zal op 6 januari de demontage van het orgel beginnen waarmee de restauratie officieel van start gaat. In ca. 1 week tijd zullen de pijpen (ong. 1100 stuks) ingepakt en afgevoerd worden naar de werkplaats. Een zorgvuldig werk!
We zijn dankbaar en blij met de opbrengst van de winterfair. Daarnaast is er ook al ruim € 12.000 ,– aan giften ontvangen voor de restauratie.
Graag verwijzen we u naar de site hghg.nl/orgel waar u de informatie, tijdens de open kerk getoond, nog eens na kunt lezen.
De orgelcommissie
29 november 2019: 3e kerkbodebericht:
Opname Mevr. Witte!
De datum van opname en de operatie staan ingepland en de naam van de chirurg is bekend!
Het College van Kerkrentmeesters is met ‘Consultare’ o.l.v. Jaap Hooghwerff tot overeenstemming gekomen en het contract wordt binnenkort door beide partijen getekend. De planning is dat het orgel begin januari 2020 gedemonteerd en naar de werkplaats in Almkerk gebracht zal worden. Van de demontage zullen foto’s gemaakt worden, die u via de website www.hghg.nl/orgel/ kunt bekijken. Voor de hele periode wordt ons een leenorgel ter beschikking gesteld door Consultare.
De totale kosten van deze restauratie zijn geraamd op € 130.000,– Als verantwoordelijke voogden van Mevr. Witte hebben de kerkrentmeesters al € 60.000,– gespaard voor de restauratie. Voor het resterende bedrag zijn de eerste acties al gestart.
Wellicht zijn er gemeenteleden die graag een financiële ondersteuning willen geven. Dit kan op rek.nr. NL 46 RABO 0373719566. t.n.v. Hervormde gemeente Giessendam/Neder-Hardinxveld. o.v.v. Orgel.
Misschien vindt u het wel mooi om héél specifiek een bijdrage te leveren. (persoonlijk of met uw gezin of bedrijf). Dat is mogelijk door bijvoorbeeld een onderdeel van het orgel financieel te adopteren. Denk aan een frontpijp van het orgel, een (nieuwe) orgelstem, klavier of orgelbank…
Bijvoorbeeld: voor €250,- kan een orgelpijp hersteld en geïntoneerd worden. Voor uw financiële adoptie ontvangt u een heus certificaat. Heeft u hiervoor interesse, dan kunt u contact opnemen met Wim van der Giessen (Fondsenwerving orgelcommissie e-mail: wvandergiessen@solcon.nl, tel 06-22667188).
Tijdens de winterfair zal er extra aandacht zijn voor onze “oude dame.” Voordat zij opgenomen wordt, kunt u nog een kijkje nemen bij haar. Tussen 17.00 en 21.00 uur zal de ‘chirurg’ zelf aanwezig zijn, die u graag uitleg geeft over de hersteloperatie en kunt u uw vragen stellen. Mevr. Witte zelf zal ook haar best doen door af en toe nog wat vrolijke (hetzij ietwat ‘hese’) melodieën voor u te zingen tijdens de ‘open kerk’.
Verder zal er in de kerk een kleine tentoonstelling zijn over de geschiedenis van ons orgel en is er een korte film over een orgelrestauratie te zien.
Natuurlijk wilt u Mevr. Witte een ‘hart onder de riem steken’ voor de operatie. Dit kunt u doen door één van haar specialiteiten te kopen tijdens de fair. Zoek haar kraampje op en koop een heerlijke orgelpijp gevuld met spijs of de leuke chocolade tabletten met een afbeelding van het orgel.
De orgelcommissie
08 november 2019: 2e kerkbodebericht:
Hersteloperatie mevr. Witte bekend…
Enkele weken geleden heeft u kunnen lezen over de gezondheid van mevrouw Witte zoals we ons orgel in de oude kerk noemden. Nu zijn de plannen voor een restauratie in vergevorderd stadium. Graag informeren wij u hier verder over…
Verschillende orgelbouwers hebben een offerte aangeboden. Intussen is een gesprek gevoerd met 1 van deze om tot een definitief voorstel en prijs te komen. Het wordt een grootse operatie waarbij het hele orgel gedemonteerd zal worden en op transport zal gaan naar de werkplaats van de betreffende orgelbouwer.
Ter illustratie wat er zoal tijdens de restauratie wordt gedaan.…
- De orgelkast herstellen en opnieuw schilderen en voorzien van bladgoud
- Herstellen en polijsten van registers en klavieren
- Herstel van windvoorziening
- Schoonmaken en herstellen van pijpwerk
- Herintonatie van het pijpwerk
- Verder zullen ook de vloer, wanden en plafond aangepakt worden
Dit alles zal volgens planning in 2020 gaan starten.
Hoewel de kerkrentmeester al een deel van de totale kosten gereserveerd hebben, is dat nog (lang) niet voldoende! Graag betrekken we u als gemeente hierbij met diverse acties om dit alles te bekostigen. We noemen u alvast enkele acties die binnenkort op stapel staan:
- Verkoop speculaas poppen eind november.
- Verkoop banketstaaf als orgelpijp en chocolade tablet met afbeelding van ons orgel tijdens de winterfair (a.s. 6 dec.) -> cadeautip!!
We kijken ook naar andere mogelijkheden om de restauratie mee te financieren, zoals het aanschrijven van landelijke fondsen en plaatselijke bedrijven. Ook financiële adoptie van onderdelen van het orgel (denk aan frontpijp en/of orgelstem) behoort tot de mogelijkheid.
Verder verwijzen we graag naar de website waarop t.z.t. meer informatie is te vinden over de geschiedenis van het orgel, de uit te voeren werkzaamheden en de voortgang van de restauratie. We hopen dat deze eind november in de lucht zal zijn.
De orgelcommissie.
11 oktober 2019: 1e kerkbodebericht
Mevrouw Witte,
Heeft u het al opgemerkt? De gezondheid van onze ‘oudste kerkgangster’ wordt steeds minder. Al vele jaren is ze trouw aanwezig. Ze zit altijd op haar vaste plekje recht tegenover de preekstoel. In het verleden zat ze op de galerij aan de Kerkwegzijde. Als er gezongen wordt doet ze altijd uit volle borst mee, maar de laatste tijd gaat het minder met haar. Niet alle kerkgangers zullen het in de gaten hebben, maar als je goed luistert dan hoor je het wel… De hoge tonen zijn een probleem, ze heeft niet zoveel lucht meer om zuiver te klinken. Tja… wat wil je, ze stamt uit 1875 en is dus al 143 jaar. De specialist heeft haar onderzocht en geconstateerd dat het o.a. haar longen zijn. Een lekkende long… kan het nog geplakt worden of is een grotere operatie nodig?
U begrijpt het vast al wel, we hebben het hier over het orgel van de Oude Kerk!
Het orgel, een origineel Witte-orgel, is na veel jaren hard toe aan een grote restauratie. De blaasbalgen lekken waardoor de luchtdruk niet meer volledig is en de pijpen niet goed worden aangeblazen.
Sinds 1963 heeft het orgel alleen het noodzakelijke onderhoud gehad. Nu, 57 jaar later, is er een grondige inspectie verricht om te zien wat nodig is om deze ‘oude dame’ weer op juiste toonhoogte en in goede conditie te krijgen. De kerkrentmeesters zijn al enige tijd bezig met voorbereidend onderzoek en er is een herstelplan gemaakt. Er zijn reeds offertes opgevraagd bij verschillende orgelbouwers. Graag willen we het wel in één keer goed doen, dus zal het orgel geheel gedemonteerd moeten worden. Deze restauratie zal ongeveer 8 à 9 maanden in beslag nemen.
Alles bij elkaar is het een forse investering, waar de kerkrentmeesters al een aantal jaren geld voor gereserveerd hebben. Toch is dit nog niet voldoende. Graag willen wij u als gemeente bij dit hele proces betrekken. Komende maanden willen we u via dit kerkblad op de hoogte houden van ontwikkelingen rondom de restauratie, eventuele acties en verdere gang van zaken.
De kerkrentmeesters en orgelcommissie
Muzikaal intermezzo
Restauratievrienden
De restauratie van het Bätz-Witte orgel is mogelijk gemaakt door medewerking van onderstaande personen en bedrijven:
- Giften van gemeenteleden
- Giften van derden
- Fonds……………..
- Bedrijf……………
- Winterfair 2019
De hervormde Gemeente Giessendam / Neder-Hardinxveld wil een ieder hartelijk bedanken voor zijn/haar bijdrage
Contactgegevens
Hebt u nog vragen dan kunt u contact opnemen met de orgelcommissie.
- Voor algemene vragen: Anne Kazen 06-50226038, kerkrentmeester301@hghg.nl
- Geldwerving: Wim van der Giessen: 06-22667188, wvandergiessen@solcon.nl